Lookout Hill, de uitkijkheuvel aan het begin van de derde afslag naar Khayelitsha is gesloten voor publiek. In januari van dit jaar was ik hier eerder. Toen was Lookout Hill ook al dicht. Het is nog steeds te onveilig om de heuvel op te gaan, zegt het personeel van het tourist center bij de ingang. Onverlaten hebben de zware balken die als traptreden dienst deden gestolen. Daarom mag niemand nu naar boven. Je zal er maar afdonderen.
Officieel heet het centrum Tygerberg Tourism Facility, maar in Khayelitsha zegt iedereen Lookout Hill. Het zou mooi zijn als de heuvel weer open zou kunnen gaan voor publiek, maar dat zal tijdens dit WK niet gebeuren. De bestuurders van de gemeente, die hier de municipality wordt genoemd vinden andere zaken elders in de stad belangrijker. Jammer, want nu moeten ze de toeristen die hiernaartoe komen teleurstellen. Komen hier dan veel toeristen? Niet bepaald, zegt het personeel in het kantoor.
Ook het restaurant dat volgens de laatste editie van de Lonely Planet al in 2008 open moest gaan, is nog niet in bedrijf, maar dat gaat binnenkort veranderen, zegt een van de meisjes achter de balie. “Misschien wel volgende week.”
Naast de ruimte die is ingericht als VVV-kantoor wordt het centrum vooral gebruikt voor buurtvergaderingen en buurtactiviteiten. Hopelijk komen er door het WK meer toeristen naar het VVV-kantoor, zegt het personeel, maar de eerste dagen is het nog vrij rustig geweest. Al logeren er nu wel wat meer toeristen in Khayelitsha dan normaal.
Niet ver van Lookout Hill ligt het backpackershotel eKasie. Vanaf Walter Sisulu Road, de doorgaande hoofdweg die de verschillende sections met elkaar verbindt, kun je het al zien liggen, maar om bij de ingang te komen, moet je de woonwijk inrijden, waar het backpackershotel is gevestigd. In een van de tuinen voor de huizen zit een groepje bewoners dat luidt Bafana Bafana begint te juichen als ze me zien. Ik draai mijn raampje nog wat meer naar beneden om hun gejuich te kunnen beantwoorden. Stapvoets rijd ik verder langs een groepje kinderen die aan het voetballen zijn. “Meneer, wilt u wat harder doorrijden,” zegt een van de jochies in het Engels. “We willen graag weer verder gaan met spelen.”
In eKasie logeert Edelin uit de Verenigde Staten. Ze draagt een Mexico-shirt, omdat ze supporter van Mexico is. Heel haar familie thuis in de USA is voor Mexico, zegt Edelin. Dit WK reist ze haar favorieten achterna. Die spelen nu in Johannesburg, maar voor die wedstrijd kon ze geen kaartje krijgen. Daarom besloot ze maar eerst naar Kaapstad te gaan. Ze kwam erachter dat dit hostel in een township ligt, toen ze een week voor haar vertrek toch maar eens even ging checken waar ze precies had geboekt.
De taxichauffeur die haar van het vliegveld naar Khayelitsha bracht, stelde haar niet echt gerust met zijn angstaanjagende verhalen over berovingen, moord en doodslag. Waar brengt hij me in vredesnaam naar toe? dacht Edelin op de achterbank van de taxi. Maar eenmaal ter plekke verbaast Edelin zich over alle ophef. “De mensen hier zijn hartstikke aardig.”
De eerste dagen ging er wel steeds iemand van het backpackershotel met haar mee als ze een wandelingetje wilde maken, maar daarna wilde ze liever gewoon alleen de straat op in haar Mexico-shirt. “Dat vinden ze hier alleen maar leuk.”
Gisteravond is Edelin met een andere voetbalfan uit het hostel gewoon met het openbaar vervoer vanuit de stad naar Khayelitsha gereden. “Zo’n wit busje, dat ze hier taxi noemen. Dat ging prima.”
Bernardo uit Rio de Janeiro had totaal geen idee waar hij had geboekt. Op internet zag het eKasie er wel cool uit, zegt hij. Over een paar dagen vertrekt hij naar Johannesburg, omdat Brazilië daar zijn eerste wedstrijd speelt tegen Ivoorkust. Maar hij wilde per se naar Kaapstad, omdat hij had gelezen dat je daar zo geweldig kunt stappen. Dat Kaapstad ruim 1200 kilometer van Johannesburg ligt, vindt hij geen bezwaar. Jammergenoeg kan hij helaas niet het hele toernooi blijven, omdat hij weer aan het werk moet. Bernardo werkt op een olieplatform op zee. Dat is saai en zwaar werk. Dit WK wil hij met zijn vrienden Fabio en Iwan even goed uit zijn dak gaan. Hij vindt de verhalen die er over de townships de ronde doen overtrokken. “Ik vind de mensen hier wel relaxed,”zegt Bernardo, terwijl zijn oog moet kiezen tussen twee Engelse backpackers met een diep decolletté en een Zuid-Afrikaanse schone die vrolijk staat te zingen bij de bar. “Weet je wat het is, bij ons in Brazilië heb je favela’s, hier heb je townships, maar de mensen hier zijn veel vriendelijker dan bij ons.”
Een reactie
Ik ben blij dat Edelin mijn dochter niet is, wel bewonder ik haar dat ze het durft zo rond te reizen, maar ik zou geen oog dicht doen. Is het niet zo dat het voor meisjes daar gevaarlijker is? En heb je eigenlijk veel backpackershotels daar? Ook goed om te weten dat de mensen daar vriendelijker zijn dan in Rio. Weer wat geleerd!